Page 120 of Near Dark

Omdat hij een tamelijk grote fijnproever was, beschikte hij ten behoeve van de hammen, worsten en salami’s die in zijn inloopkoelkast hingen, over een professionele snijmachine, zoals die in slagerijen en kaaswinkels gebruikt werd. Morrison en Barton wilden die allebei graag gebruiken om hem ‘de stuipen op het lijf te jagen’.

Harvath legde uit dat zo’n dreigement alleen zinnig was als ze ook bereid waren dat uit te voeren. Konden ze zijn handen in het apparaat stoppen en zijn vingertopjes afsnijden? Hadden ze meegewogen wat hij had gedaan? Stond een dergelijke behandeling wel in verhouding tot het misdrijf? Het was belangrijk om de jongere teamleden aan het denken te zetten.

Het bleek allemaal niet nodig te zijn.

In tegenstelling tot Trang besefte Weber toen hij Harvath zag meteen dat hij zwaar in de problemen zat. Het spel was uit en hij wist dat hij het er alleen levend af kon brengen als hij meewerkte.

Weber beweerde niet te weten wie het geld voor de huurmoord had ingebracht, maar hij had er geen moeite mee om te onthullen wie hem had betaald om helemaal naar Vietnam te vliegen en het naar Trang te brengen.

Dat er gebruik werd gemaakt van tussenpersonen verbaasde Harvath niet. Maar de naam van deze man wel. Harvath kende hem niet alleen, maar had ook al eerder met hem te maken gehad. Jaren geleden was hij er als tussenpersoon van beschuldigd een moordenaar te hebben ingehuurd om achter Nicholas aan te gaan.

Net als aan het slot van Trangs ondervraging had Harvath het team gevraagd buiten op hem te wachten.

Hij sprak nog een paar minuten met Weber, vertelde hem iets over Carl Pedersen en leidde hem daarna naar de inloopkoelkast om hem te laten boeten voor zijn daden.

Onderweg naar de luchthaven Nice Côte d’Azur belde Harvath Nicholas en gaf hij hem de volgende naam op hun lijst: Gaston Leveque. Leveque, die conciërge in het beroemde Hotel du Cap-Eden-Roc was, had nog een veel lucratiever baantje als tussenpersoon voor welgestelde Russen. Drugshandel, moorden, kinderen voor seks: hoe gruwelijker het was, hoe dieper hij erin verwikkeld was. Harvath had er enorme spijt van dat hij die vent niet jaren geleden al had vermoord, toen hij de kans had gehad. Maar op dat moment had Harvath het vege lijf alleen kunnen redden door Leveque in leven te laten.

Toen hij de naam van de man hoorde, was Nicholas in woede uitgebarsten, net als bij de Contessa. Het gesprek ging een paar minuten lang heen en weer voordat Harvath er een eind aan maakte. Nicholas liet weten dat hij erop vertrouwde dat Harvath het juiste zou doen.

Hoewel Leveque voor veel rijke Russen van alles regelde, was Harvath vooral geïnteresseerd in Nikolai Nekrasov, de miljardair die eigenaar van Hotel du Cap-Eden-Roc was. Harvath kende hem ook nog van vroeger.

Toen hij Leveque voor het eerst had opgezocht, was hij naar het hotel gekomen zonder te weten dat alle kamers van microfoons en verborgen camera’s waren voorzien. Hij was net met het verhoor van Leveque begonnen toen er een gewapend beveiligingsteam was binnengekomen, wat Harvath ertoe had genoopt verscheidene van hen neer te schieten, al was dat geen van hen fataal geworden.

Op de terugweg uit het hotel had hij noodgedwongen een vrouw moeten gijzelen. Die vrouw was Nekrasovs vrouw Eva, en daarbij waren twee zaken meteen duidelijk geworden. Ten eerste had ze een bloedhekel aan haar man en ten tweede vond ze Harvath buitengewoon aantrekkelijk.

Ze had zich zeker niet verzet tijdens de vijftien minuten durende ontvoering, waarbij ze Cannes in een gestolen sportwagen van vierhonderdduizend dollar waren binnengeracet, en ze had hem zelfs actief geholpen om aan haar man en zijn bende achtervolgers te ontkomen. Ze gaf toe dat ze sinds jaren niet meer zoiets leuks en spannends had beleefd.

Toch leek het neerschieten van een paar bewakers en snelle joyride met de echtgenote van de man nauwelijks een bedrag van honderd miljoen dollar waard. Daarom was het zo belangrijk om Leveque te ontmoeten. Alleen hij kon onthullen wie hem had ingehuurd, en hopelijk waarom.

***

Aan de westkant van Antibes lag Vallauris, dat vooral bekend was omdat Picasso er van eind jaren veertig tot halverwege de jaren vijftig had gewoond.

In de badplaats Golfe-Juan bewoonde Gaston Leveque een mooie kleine bungalow. Toen hij thuiskwam van zijn dienst in hotel Cap-Eden-Roc, zat Harvath op zijn terras met een glas wijn op tafel en zijn beste, kostbaarste Chablis in de ijsemmer naast hem.

‘Bonsoir, Gaston,’ zei hij.

De man raakte in paniek en probeerde het huis weer in te rennen, maar daar wachtten Haney en Staelin hem op. Ze sleepten hem naar de tafel, zetten hem op een stoel, waaraan ze hem met flexibele handboeien vastmaakten.

Nadat hij hem met de wijn had gecomplimenteerd, gaf Harvath hem een kort overzicht van de gebeurtenissen en stelde hij hem een aantal vragen. In het begin was hij terughoudend, maar Gage, die graag zijn bijdrage wilde leveren aan de informatieverzameling tijdens hun missie, ging zeer overtuigend te werk.

Harvath meende dat hij alles wel gezien had, maar wat deze man allemaal kon met gewone gebruiksartikelen, zoals neusspray en aansteker was heel inspirerend.

Niet dat ze er zoveel plezier in hadden. Leveque was een buitengewoon slecht mens. Niet alleen vanwege alle moorden die hij had gefaciliteerd, maar evenzeer vanwege de grootschalige seksuele uitbuiting van vrouwen en kinderen. Het ongemak dat de man nu ervoer, verbleekte bij het fysieke, emotionele en psychologische trauma dat hij ontelbare anderen had bezorgd. Hij had een enorme rekening opgebouwd en nu was karma, in de vorm van Harvath, langsgekomen om die te incasseren.

Toen Harvath vertrok, nu zijn vragen beantwoord waren en het team op de oprit in de auto zat te wachten, bleef hij nog heel even staan om een foto voor Nicholas te maken en de fles wijn uit de ijsemmer te halen. Het was niet alleen een van de lekkerste wijnen die hij ooit had geproefd, hij zou ook nog eens laat opblijven om flink na te denken. Hij moest nu nog één stap zetten, en hij wilde die perfect uitvoeren.

54

Centre Antoine Lacassagne

Nice

De volgende ochtend

Zodra Nekrasovs chauffeur Valery zijn baas in de lift had gezet en de deuren waren gesloten, kwam Staelin van achter een geparkeerde auto tevoorschijn en trof hij hem met de taser.

‘Hij komt naar boven,’ zei hij via zijn oortje, terwijl de enorme Rus neerviel op de vloer van de garage.