‘Ik heb uit de kranten begrepen dat zijn zoon een overdosis had genomen.’
‘Dat hoort ook bij het werk, niet?’ stelde ze vast. ‘Om het op een ongeluk te laten lijken. Maar als er een heel stel “ongelukken” tegelijk gebeurt, die ook nog verband met elkaar houden, ga je al snel aan een vooropgezette campagne denken. Het was niet toevallig. Het was geen domme pech. En het was geen toeval. Jij was het. Dat wist ik toen al en nu ben ik er nog zekerder van. Ik durf zelfs ronduit te beweren dat ik er volstrekt van overtuigd ben.’
Jasinski had haar zegje gedaan en leunde achterover in haar stoel. Ze pakte haar mok en nam een slok koffie.
Admiraal Proctor liet deze kans niet voorbijgaan. Met zijn blik op Harvath gericht zei hij: ‘Je hebt om onze beste medewerker gevraagd. Nu weet je waarom ik Monika heb gestuurd.’
Harvath had er geen moment aan getwijfeld dat zij hun beste medewerker was. Dat had hij meteen al beseft. Hij wist ook dat ze betrouwbaar was. En dat gold ook voor Proctor.
‘Er zou een prijs op mijn hoofd gezet zijn. Een heel hoge prijs,’ erkende hij. ‘Honderd miljoen dollar. Om het nog interessanter te maken, is de opdracht niet aan één huurmoordenaar gegeven, maar aan een stel tegelijk. Wie mij het eerst neerknalt, ontvangt het prijzengeld.’
‘En ik dacht dat mijn week slecht begonnen was.’
Jasinski was niet alleen een natuurtalent als het om het werk ging, maar bezat ook het vereiste gevoel voor humor.
‘Laat me dit even op een rijtje zetten,’ zei de admiraal. ‘Je weet niet wie Carl heeft vermoord. Je weet niet wie jou probeerde te vermoorden. En achter dit alles zou een opdracht tot een huurmoord ter waarde van honderd miljoen dollar schuilen. Klopt dat zo ongeveer?’
‘Dat klopt wel aardig,’ zei Harvath met een knikje.
‘Wat doe je hier dan? Waarom zit je niet ergens in een bunker? Ze kunnen je niet vermoorden als ze je niet kunnen vinden. Is er niemand anders die dit tot op de bodem kan uitzoeken?’
Dat was het argument dat Gary Lawlor had aangevoerd. Dat hij het alleen maar makkelijker maakte voor degenen die erom streden hem te vermoorden. Dit was nu juist een essentieel punt waarmee hij het niet eens was. Het moeilijkst uit te schakelen doelwit was een doelwit dat zich verplaatste. Iemand die op één plek bleef en dus een stationair doelwit was, kon je veel makkelijker raken.
‘Ik was de architect van alles wat tot de moord op Carl heeft geleid,’ erkende Harvath. ‘Dat betekent dat ik verantwoordelijk ben voor wat hem overkomen is.’
Proctor schudde zijn hoofd. ‘Degene die hem heeft vermoord is verantwoordelijk. Niet jij.’
‘Met alle respect, admiraal, maar hij werd gemarteld door iemand die mij probeerde op te sporen. Zoals ik het zie, zou hij zonder mijn toedoen nog steeds in leven zijn. Daarom ben ik hier. Ik weet tot in de details wat we met elkaar hebben gedaan. Ik ken niemand die we ook op pad hadden kunnen sturen en die de informatie even goed had kunnen verwerken en selecteren als ik.’
Dat was geen onredelijk argument. Op basis van alles wat de admiraal over hem wist, was Harvath waarschijnlijk inderdaad de beste persoon voor deze opdracht. Maar dat betekende nog niet dat hij zich geen zorgen over hem maakte. Als er echt een premie van honderd miljoen dollar op zijn hoofd stond, zouden er zeker mensen zijn die hun eigen familieleden nog zouden opofferen om hem te pakken te krijgen.
‘Goed dan,’ zei Proctor berustend, ‘wat kunnen we voor je doen?’
‘Voorlopig hebben jullie al genoeg gedaan. Door mij toestemming te geven hier te landen, mijn vlucht naar Litouwen te regelen en een auto paraat te houden. Dat is alle hulp die ik nodig heb.’
‘Maar dat heb ik allemaal geregeld omdat ik daartoe opdracht van de minister van Defensie had gekregen. Ik wist niet dat jij “Brenner” was.’
‘En zolang we dat als ons geheim beschouwen, zal alles goed komen.’
‘Weet je dat zeker?’
‘Ik heb misschien nog meer hulp nodig, maar dat hangt van de loop van de gebeurtenissen af.’
De admiraal glimlachte. ‘Als het erom gaat het Russische luchtruim te schenden, directe luchtsteun te leveren of gespecialiseerde vliegtuigen in te zetten om jou te bevrijden, weet je wie je moet bellen.’
‘Zeker,’ zei Harvath. ‘En trouwens, ik ben je nog steeds uiterst dankbaar.’
‘Waarom wil je zo nodig terug naar Litouwen? vroeg Jasinski, van onderwerp veranderend. ‘Gebeurt daar zoveel belangrijks dan?’
‘We zijn van daaruit naar Kaliningrad vertrokken, en dat was de laatste plek waar Carl en ik elkaar hebben gezien. Er zijn een paar aanknopingspunten die ik wil checken. Als ik gelijk heb, heb ik de moordenaar van Carl binnen een of twee etmalen getraceerd.’
‘En als je het mis hebt?’
Harvath keek haar aan. ‘Dan moeten we hier afscheid nemen, want dat betekent dat hij heel dicht bij me zal komen.’
25
Buiten Vilnius, Litouwen