Page 1 of Near Dark

Proloog

Haiphong, Vietnam

De hobbelige straten glinsterden in de kille regen. Overjarige Russische draagvleugelboten sloegen tegen rottende pieren aan. De vervallen Franse gebouwen leden onder lekkage. Het leven in de op twee na grootste stad van Vietnam was ellendig, en het slechte weer maakte het alleen maar erger. Andre Weber popelde om te vertrekken.

Met een blik op zijn gastheer merkte hij op: ‘Telmachines zijn sneller.’

Lieu Van Trang glimlachte. ‘Maar die zijn veel minder aantrekkelijk.’

Weber schudde zijn hoofd. Trang stond bekend om zijn excentrieke gedrag. Deze coterie van jonge vrouwen, die geheel naakt waren zodat ze niets konden stelen terwijl ze zijn geld telden, paste precies in het plaatje. Het was ook volledige tijdverspilling.

Geldtelmachines hadden dit karwei zes keer zo snel geklaard en daarbij waren menselijke fouten uitgesloten geweest. Ook stalen zulke machines geen geld. Maar Trang was dol op spelletjes. Hij hield ervan om anderen het hoofd op hol te brengen. Hij wist dat zijn gasten hun ogen niet van de meisjes zouden kunnen afhouden.

Weber meende dat dat onprofessioneel was. Ze waren hier om zaken te doen. Er lag een enorme hoop geld op tafel en alleen daarop moest zijn team zich richten. Die meisjes leidden alleen maar af. Zelfs voor hem was het lastig om niet naar hen te kijken. En als het moeilijk was voor hem, moest het voor zijn mannen vrijwel onmogelijk zijn geweest.

Dit was niet zijn manier van zakendoen. Weber gaf de voorkeur aan versleutelde communicatie en geld witwassen via brievenbusfirma’s of cryptovaluta’s. Trang daarentegen was van de oude stempel. Hij was zelfs zo ouderwets dat hij weigerde om elektronisch zaken te doen. Alles moest in contanten en alles moest via persoonlijk contact.

Een groter verschil in aanpak dan tussen hen tweeën bestond niet. Zelfs in hun uiterlijke verschijning waren ze elkaars tegenpolen. Weber, de westerling, was lang en atletisch. Met zijn kortgeknipte haar en zijn dure maatpak zag hij eruit als een jonge bankier of een hedgefondsmanager. Trang, die dertig jaar ouder was dan hij, was broodmager, had lang grijs haar, een sliertige baard en een doorzichtige, perkamentachtige huid waaronder een netwerk van blauwe adertjes lag.

Het enige wat ze gemeen hadden was geldzucht en een groot talent om problemen op te lossen. Hoewel Weber hier helemaal niet wilde zijn, had hij voor deze opdracht een enorme som geld gekregen, te weten het bedrag dat Trangs meisjes op dit moment aan het uittellen waren.

Als alles achter de rug was, zou dit de kostbaarste huurmoord zijn die ooit was bekokstoofd. Het geld was al op een geheime rekening gestort en zou uitgekeerd worden zodra de dood van het doelwit bevestigd was.

Maar net als Weber was Trang slechts een tussenpersoon, een headhunter, die voor elke opdracht de geschikte professionals kon vinden. Zijn honorarium, betaling vooraf, bedroeg een fractie van het bedrag dat de moordenaar na uitvoering van de opdracht zou ontvangen Dat was zeker niet oneerlijk, want hij liep slechts een fractie van het risico.

Gezien de enorme beloning was het blijkbaar levensgevaarlijk en hondsmoeilijk om het doelwit te vermoorden. Trang zou extra maatregelen moeten nemen om ervoor te zorgen dat hij buiten schot bleef.

Zodra de meisjes het geld hadden geteld en het totale bedrag hadden bevestigd, stuurde hij ze weg. Terwijl ze de kamer uit liepen, bleven de blikken van alle mannen op hen gericht. Diverse handlangers van Weber verschoven vanwege hun erectie ongemakkelijk op hun stoel.

‘Duizend dollar ieder,’ zei Trang, die volop genoot van het ongemak van de mannen. ‘Je hebt je geld nog nooit zo goed besteed. Ik stel zelfs gratis kamers beschikbaar.’

De Vietnamees had zojuist een honorarium van tien miljoen dollar geïncasseerd, maar was evengoed nog bereid om zijn meisjes voor nog wat extra centen aan te bieden. Hij was ook zeker niet bescheiden met zijn prijzen. Duizend dollar maar liefst? Hoe goed ze misschien ook waren, Weber betwijfelde of ze duizend dollar waard waren, zelfs allemaal tegelijk. Trang was echt een schaamteloze, louche pooier.

Het was tijd om de transactie af te ronden. Weber wilde geen minuut langer blijven dan nodig. Hij pakte de map en overhandigde die.

Trang nam de tijd om alles door te bladeren, waarbij hij de angstwekkend lange nagel van zijn rechterwijsvinger gebruikte om de bladzijden om te slaan.

Toen hij klaar was, sloeg hij de map dicht en vroeg: ‘Wat kun je me over de klant vertellen?’

‘Alleen dat het iemand is die je beter niet kunt besodemieteren.’

‘Blijkbaar is er toch iemand besodemieterd, wie dat dan ook mag zijn, anders zou je niet zo’n bedrag uitloven. Welke monsterlijke misdaad moet iemand op zijn geweten hebben dat er een prijs van honderd miljoen dollar op zijn hoofd wordt gezet?’

Weber had wel bepaalde vermoedens, maar omdat zijn opdracht in het diepste geheim was verstrekt en ook door een tussenpersoon was geregeld, kon hij dat niet met zekerheid zeggen. Niet dat hij dat opening van zaken had gegeven als hij het had geweten. Hij ging prat op zijn discretie. Die was in zijn branche noodzakelijk en in zijn specialiteit zelfs absoluut essentieel. Het soort opdrachtgevers dat zaken met hem deed stelde het niet op prijs als je kletste. Dan kon je er verzekerd van zijn dat je zelf doelwit werd van zo’n contract.

Weber veranderde van onderwerp. ‘Hoelang?’ vroeg hij.

De Vietnamees trok een van zijn dunne wenkbrauwen op. ‘Om het contract ten uitvoer te brengen? Je kunt evengoed vragen hoe lang een eind touw is. Elke professional is anders. Iedereen heeft zijn eigen werkwijze.’

‘De klant wil dat het snel geregeld wordt.’

‘Ik heb een lijst van bepaalde professionals in gedachten. Ik garandeer je dat ieder van hen de opdracht graag wil aannemen. Voor een dergelijk honorarium zal iedereen die ik de opdracht geef meteen aan de slag gaan.’

‘Geef ze allemaal de opdracht,’ zei Weber.

‘Sorry?’

‘Je hebt me wel verstaan. Geef ze allemaal die opdracht. Wie hem het eerst opspoort en vermoordt, wint. Zo wil de klant het.’